De god der amoeben

Dit stukje gaat over schimmels. Of eigenlijk zeg ik dat fout, in zekere zin gaat het over schimmen, zoals verderop zal blijken.

Het woord schimmel zal bij velen associaties oproepen met muffe kelders of groen uitgeslagen broodkorsten.  Wat de meeste mensen niet weten is dat schimmels, na insecten, de meest soortenrijke groep schepselen op aarde vormen. In een steeds grijzer wordend verleden heb ik mij mogen bezighouden met diverse schimmels die onze (landbouw)grond bevolken. Een uitermate fascinerende bezigheid, die bovendien brood op de plank bracht voor ons groeiend gezinnetje.  Plaats van handeling: het voormalige Instituut voor Bodemvruchtbaarheid in Haren,  gesitueerd waar momenteel de nieuwbouwwijk Harener Holt  verrijst.

Over dit schimmelgebeuren zouden vele interessante dingen te melden zijn.  Wat ik er uitpik is een merkwaardig fenomeen dat zich soms in mijn kweekschaaltjes voordeed.  Af en toe nam ik de groei van een fraai vruchtlichaam waar, zonder dat er schimmeldraden te bespeuren vielen (*).  Bij nader onderzoek bleken zich op de bodem van het schaaltje microscopisch kleine eencellige diertjes voort te bewegen.   Individuutjes met een flexibele celwand, die als schimmen door het beeld schoven.  In vakjargon staan dit soort diertjes te boek als amoeben (spreek uit ameuben).  Op zeker moment kruipen de beestjes bij elkaar en vormen zich op raadselachtige wijze om tot een vruchtlichaam.

Hoe komen beestjes, die een volstrekt individueel bestaan lijken te leiden, er in vredesnaam toe om, als bij toverslag, zo’n complex en goed gestructureerd ‘lichaam’ te vormen?  In de literatuur sprak iemand van de ‘god der amoeben’.  Het lijkt net of er een bevel van hogerhand wordt gegeven: amoeben, verzamelen!
Natuurlijk is er wel een wetenschappelijke verklaring voor.  Als het voedsel op is, gaan de amoeben een signaalstof produceren waardoor de individuele cellen zich aaneensluiten en een overlevings-structuur vormen.  Dat is genetisch bepaald.

Ik ben zo vrij hier toch de God der amoeben achter te zien.  Het is een wonder!

Een dergelijke vorm van collectivisme kan zich ook op macroschaal, in de mensenwereld, voordoen.  Waarbij individuen opgaan in een groter geheel.  Dat kan desastreuze gevolgen hebben, waarbij de individualiteit compleet vernietigd wordt door het collectief (zie Noord Korea).

Een prachtige, positieve, parallel vind ik in de kerk, als lichaam van Christus. Het oude formulier voor het Heilig Avondmaal bracht dat bloemrijk onder woorden:  “gelijk uit vele graankorrels één meel gemalen en één brood gebakken wordt, en uit vele beziën (druiven), samengeperst zijnde één wijn en drank vliedt, zo weten we ons aan het avondmaal in liefde aan elkaar verbonden”.

Mensen die mét hun individualiteit tot méérwaarde komen in de gemeenschap.

Genetisch bepaald?  Beslist niet!  Het is de God der aimée’s, der geliefden. Maar ik moet bekennen dat ik, heel stiekem, wel eens een signaalstofje aan de avondmaalswijn zou willen toevoegen.  Of is dat nou weer te menselijk gedacht ……………………….?


Henk Velvis

* Dictyostelium, behorend tot de zogenaamde Slijmzwammen.

delen

Recommended Posts