De adem van Gods stem

Eén keer per week ga ik een eindje hardlopen. Nee, niet die snelle vent in professionele outfit die je laatst voorbij zag spurten. Mijn hardlopen draagt meer het karakter van joggen (lees: sjokken). Heerlijk is dat. Na een paar kilometer kom je helemaal in balans: vier passen inademen, vier passen uitademen. Je moet in het aerobe gebied blijven lopen, heb ik geleerd. D.w.z. dat de zuurstofopname gelijke tred moet houden met de CO₂-afgifte. Anders ga je hijgen. Rustig tempootje aanhouden dus.

Daaraan moest ik denken toen we laatst uit psalm 103 zongen, dat je leeft “op de adem van Gods stem”. Eigenlijk een soort geestelijk joggen. Je ademt Zijn stem een paar tellen in; dan weer rustig uitblazen. En je cadans vinden. De geestelijke zuurstof die je opneemt, zet je om in een dosis levensenergie. Zo hou je het vol in het traject dat voor je ligt.

Als hardloper wordt je af en toe gepasseerd door iemand die net een stukkie harder kan dan jij. Vooral als die iemand wat ouder is dan jijzelf is de verleiding groot om daar achteraan te gaan hollen. Je wilt je er verdraaid toch niet laten uitlopen door zo’n ouwe ……
Niet doen! Voor je ’t weet raak je in ademnood en ga je helemaal kapot. Gewoon het tempo aanhouden dat jij aankunt. Dat hou je het langst vol.

Dat kun je doortrekken naar het gewone leven, maatschappelijk en kerkelijk. Er zijn altijd mensen die veel meer hooi op hun vork aankunnen dan jij. En menigeen schat jouw ‘loopvermogen’ hoger in dan het werkelijk is. Niks van aantrekken. Zoek je eigen balans. Vooral Gods stem blijven inademen, en daarmee in cadans blijven. Dan komt het met jouw duurloop wel goed.

En warempel, geloof het of niet, zo komt er zelfs geleidelijk een luchtje aan je asem. Een ‘levensgeur ten leven’. Wel goed blijven inademen, anders lukt het niet!

Zullen we nog een rondje?

delen

Recommended Posts