Missen en Hopen

“Voor de volgende mededeling verzoek ik u te gaan staan.”
Deze uitspraak horen we regelmatig op zondagmorgen. Dan gaat er een schok door de
gemeente. Wie zullen we nu weer missen?
Onze gemeente telt inmiddels heel wat weduwen en weduwnaars. En ook ouders die een
kindje moeten missen. Soms is het lang geleden, soms kort. Soms is het lang geleden,
maar lijkt het heel kort. Gemis laat een lege plek achter in je huis en in je hart. Een plek
die niet gevuld kan worden door iets anders. Het gemis van een geliefde gaat een leven
lang met ons mee.
Bij gemis hoort rouw. Rouw is een ongrijpbaar iets en voor iedereen ziet het er anders uit.
De één rouwt kort, de ander lang. De één rouwt heel intens, bij de ander merk je het niet.
Hoeveel de ene mens ook van de andere verschilt, we hebben allemaal elkaar nodig. En
we hebben het nodig dat de namen van onze geliefden niet vergeten worden. Ook als het
misschien lang geleden is.
Gelukkig missen wij niet zonder hoop. Ieder jaar wordt het weer Pasen. Wat ons eraan
herinnert dat de dood niet het laatste woord heeft. Jezus is opgestaan uit de dood en Hij
leeft. Daardoor mogen wij weten dat ook wij zullen opstaan. We mogen zeker weten dat
onze geliefden leven, ook nu. Eens zullen we elkaar weerzien. Tot die tijd blijven we
missen en hopen.
“God, U kent de namen van de mensen die we missen”, zingt Sela. Laten ook wij de
namen niet vergeten van de mensen die gemist worden. Ook al is het jaren geleden dat
iemand ons is voorgegaan.


Tineke Postma

delen

Recommended Posts